Kamerstuk 1995-1996 KST11685
Kamerstuk 1995-1996 KST11650
Agenda 1995-1996 OVG74
Kamerstuk 1995-1996 KST11490
Kamerstuk 1995-1996 KST11397
De komst van de nieuwe Gemeentewet dwingt ertoe op korte termijn noodzakelijke geheel technische wijzigingen door te voeren in de Huisvestingswet. In de Gemeentewet staat namelijk dat besluiten die algemeen verbindende voorschiften bevatten waarvan de inhoud in strijd is met de Gemeentewet binnen twee jaar na de inwerkingtreding van die wet daarmee in overeenstemming moeten worden gebracht of moeten worden ingetrokken. Deze bepalingen nopen ertoe in de Huisvestingswet enkele bepalingen op te nemen die thans in het Huisvestingsbesluit zijn opgenomen. Het gaat om bepalingen die voorschrijven dat de door een gemeenteraad in de door hem vastgestelde huisvestingsverordening opgenomen criteria waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen woningzoekenden die al dan niet een economische of maatschappelijke binding hebben aan een in die verordening aangeduide regio, gemeente of afzonderlijke kern van een gemeente, de voorafgaande toestemming van gedeputeerde staten behoeven. De hierin voorgestelde wijziging van de Huisvestingswet omvat dus geen enkele materiële wijziging van enig belang van de regelgeving. Het gaat slechts om een overheveling van bepalingen van het besluit naar de wet om een vacuüm per 1 januari 1996 te voorkomen.
Kamerstuk 1995-1996 KST10880Kamerstuk 1995-1996 KST10882
De komst van de nieuwe Gemeentewet dwingt ertoe op korte termijn noodzakelijke geheel technische wijzigingen door te voeren in de Huisvestingswet. In de Gemeentewet staat namelijk dat besluiten die algemeen verbindende voorschiften bevatten waarvan de inhoud in strijd is met de Gemeentewet binnen twee jaar na de inwerkingtreding van die wet daarmee in overeenstemming moeten worden gebracht of moeten worden ingetrokken. Deze bepalingen nopen ertoe in de Huisvestingswet enkele bepalingen op te nemen die thans in het Huisvestingsbesluit zijn opgenomen. Het gaat om bepalingen die voorschrijven dat de door een gemeenteraad in de door hem vastgestelde huisvestingsverordening opgenomen criteria waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen woningzoekenden die al dan niet een economische of maatschappelijke binding hebben aan een in die verordening aangeduide regio, gemeente of afzonderlijke kern van een gemeente, de voorafgaande toestemming van gedeputeerde staten behoeven. De hierin voorgestelde wijziging van de Huisvestingswet omvat dus geen enkele materiële wijziging van enig belang van de regelgeving. Het gaat slechts om een overheveling van bepalingen van het besluit naar de wet om een vacuüm per 1 januari 1996 te voorkomen.
Kamerstuk 1995-1996 KST10881Kamerstuk 1995-1996 KST10879