Laatste documenten binnen dossier 28238


28-03-2007

KST106042 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Tweede nota van wijziging om de rechter de voorwaardelijke beëindiging verpleging van overheidswege met 1 i.p.v. 2 jaar te kunnen laten verlengen

Kamerstuk 2006-2007 KST106042

BLG11560 Recidivecijfers

Bijlage BLG11560

KST106040 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Brief staatssecretaris over onder meer de evaluatie van het wetsvoorstel

Verder gaat staatssecretaris Albayrak (Jus) in op de recidivecijfers ter onderbouwing van de maximale duur van negen jaar voor voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege. Zie hiervoor ook de recidivestatistiek die als bijlage bij deze brief is gevoegd. Ten slotte gaat zij in op het amendement Teeven en De Roon (Kamerstuk 28238, nr. 12), dat ertoe strekt de verlenging van de duur van de voorwaardelijke beëindiging ook van toepassing te laten zijn voor ter beschikkinggestelden wier verpleging van overheidswege op het tijdstip waarop de wet in werking treedt, voorwaardelijk is beëindigend. De rechter zou de voorgestelde opgehoogde totale duur ook voor deze personen moeten kunnen toepassen.

Kamerstuk 2006-2007 KST106040

09-11-2006

KST102838 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Nota van wijziging

Met deze wijziging wordt uitvoering gegeven aan een van de aanbevelingen van de tijdelijke commissie onderzoek tbs, nl. om de duur van de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging te verlengen tot negen jaar.

Kamerstuk 2006-2007 KST102838

23-04-2004

KST75850 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Brief minister over reactie verslag Tweede Kamer

De Tweede Kamer heeft minister Donner (Jus) gevraagd om het verslag met betrekking tot het wetsvoorstel te beantwoorden. Gezien de vele ontwikkelingen rondom de verscherping van de controle op tbs-gestelden is dit nog niet mogelijk, mede gezien de zeer kritische toon van het verslag. De minister verwacht eind dit jaar een beslissing te kunnen nemen over de verdere voortgang van het wetsvoorstel.

Kamerstuk 2003-2004 KST75850

15-05-2002

KST61733 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Verslag

financiële en organisatorische gevolgen.

Kamerstuk 2001-2002 KST61733

05-03-2002

KST59735 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Memorie van toelichting

Dit wetsvoorstel voorziet in een verdubbeling van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege bij ter beschikking gestelden. Doel hiervan is de kans op recidive zoveel mogelijk te beperken door middel van langer toezicht na de invrijheidstelling. Dit wetsvoorstel beoogt het toezicht tijdens de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging zes jaren te laten voortduren in plaats van drie jaren (art. 38j, tweede lid, Wetboek van Strafrecht).

Kamerstuk 2001-2002 KST59735

KST59733 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Voorstel van wet

Dit wetsvoorstel voorziet in een verdubbeling van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege bij ter beschikking gestelden. Doel hiervan is de kans op recidive zoveel mogelijk te beperken door middel van langer toezicht na de invrijheidstelling. Dit wetsvoorstel beoogt het toezicht tijdens de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging zes jaren te laten voortduren in plaats van drie jaren (art. 38j, tweede lid, Wetboek van Strafrecht).

Kamerstuk 2001-2002 KST59733

KST59737 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Oorspronkelijke tekst

Kamerstuk 2001-2001 KST59737

KST59738 Verlenging van de totale duur van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege; Advies en nader rapport

Kamerstuk 2001-2002 KST59738