Voor het meten van de effecten van de wijziging van de Arbeidstijdenwet op de werkvloer is drie jaar te kort. Daarom zal de evaluatierapportage per 1 april 2012 (na vijf jaar) opgesteld worden.
Kamerstuk 2009-2010 KST135294De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 19 december 2006 bij brief gevraagd (06-SZW-B-110) om nadere informatie over de uitvoering van de motie Rambocus/Stuurman [Kamerstuk 30532, nr. 24; motie om overgangsrecht op grond waarvan permanente nachtarbeid mag worden verricht in stand te houden]. Eerder heeft minister De Geus de Kamer in zijn brief van 24 november 2006 (Kamerstuk 30 532, nr. 25) geïnformeerd over de conclusie van de regering inzake de uitvoering van de motie Rambocus/Stuurman: het verdient voorkeur om de overgangsregeling voor het uitoefenen van permanente nachtarbeid (art. 8.1:1 ATB) in stand te houden. In onderhavige brief gaat De Geus nader in op het praktisch effect van de instndhouding: werknemers die op basis van artikel 8.1:1 ATB permanent in de nacht mogen werken, dit ook na de inwerkingtreding van het gewijzigde ATB per 1 april as. kunnen blijven doen en geen ontheffing ex artikel 5:14 ATW aan hoeven te vragen. De Geus signaleert het voorbeeld van een aantal werknemers die op basis van artikel 8.1:1 permanente nachtarbeid uitoefenen, en inmiddels bij de Arbeidsinspectie een ontheffingsverzoek hebben ingediend.
Kamerstuk 2006-2007 KST104895In deze brief gaat minister De Geus (SZW) in op de motie-Rambocus (Kamerstuk 30532, nr. 24), waarin de regering verzocht wordt om de ontheffingsaanvragen van mensen die op dit moment vallen onder de overgangsregeling permanente nachtarbeid met soepelheid te behandelen.
Kamerstuk 2006-2007 KST103328Agenda 2005-2006 OVG1359
Kamerstuk 2006-2007 KST103077
Kamerstuk 2006-2007 KST102958
Op 9 november 2006 heeft minister De Geus (SZW) de Kamer de Memorie van antwoord inzake het voorstel van wet Wijziging van de Arbeidstijdenwet in verband met vereenvoudiging van die wet (30 352, nr. C) gestuurd. Daarin heeft De Geus op de vraag van de leden van de PvdA-fractie of de regering nog meer sectoren op het oog heeft die voor uittreding (opt out) uit de arbeidstijdenrichtlijn (2003/88/EG) in aanmerking komen als volgt geantwoord: "De regering is op dit moment niet van plan om verder gebruik te maken van de opt out anders dan voor aanwezigheidsdiensten". In aanvulling daarop bericht De Geus de Kamer thans dat de minister van Verkeer en Waterstaat overweegt in verband met de invoering van de maximum arbeidstijd van 48 uur per week gemiddeld voor chauffeurs in het 'zware' wegvervoer, een tijdelijke overgangsregeling in te voeren op basis van de opt out. Deze overgangsregeling zal berusten op overeenstemming tussen werkgevers en werknemers in die sector.
Kamerstuk 2006-2007 KST102959Kamerstuk 2006-2007 KST102960
Kamerstuk 2006-2007 KST102751
Handeling 2006-2007 HAN8043A08
Kamerstuk 2006-2007 KST101353
Kamerstuk 2006-2007 KST101433
Kamerstuk 2006-2007 KST101059
Handeling 2006-2007 HAN8039A08
Agenda 2006-2007 OVG1348
Voor ondernemingen die onder de werkingssfeer van een bepaalde CAO vallen heeft het overgangsrecht tot gevolg, dat zij ondanks het feit dat er geen afspraken zijn gemaakt in het kader van de overlegregeling nog tot 1 november 2007 moeten wachten voordat gebruik kan worden gemaakt van de nieuwe ATW. Dat terwijl de noodzaak van een gefaseerde invoering van de gewijzigde ATW om sociale partners in de gelegenheid te stellen bestaande CAO-afspraken aan te passen niet aanwezig is. Met dit amendement willen de indieners overgaan tot wijziging van de overgangsbepaling, zodat deze bepaling beperkt blijft tot collectieve regelingen waarin afspraken in het kader van de overlegregeling in de huidige ATW zijn gemaakt.
Kamerstuk 2006-2007 KST100747Kamerstuk 2006-2007 KST100825
Kamerstuk 2006-2007 KST100754
Agenda 2006-2007 OVG1346
Kamerstuk 2006-2007 KST100664
Voor ondernemingen die onder de werkingssfeer van een bepaalde CAO vallen heeft het overgangsrecht tot gevolg, dat zij ondanks het feit dat er geen afspraken zijn gemaakt in het kader van de overlegregeling nog tot 1 november 2007 moeten wachten voordat gebruik kan worden gemaakt van de nieuwe ATW. Dat terwijl de noodzaak van een gefaseerde invoering van de gewijzigde ATW om sociale partners in de gelegenheid te stellen bestaande CAO-afspraken aan te passen niet aanwezig is. Met dit amendement willen de indieners overgaan tot wijziging van de overgangsbepaling, zodat deze bepaling beperkt blijft tot collectieve regelingen waarin afspraken in het kader van de overlegregeling in de huidige ATW zijn gemaakt.
Kamerstuk 2005-2006 KST100615Handeling 2005-2006 HAN8027A04
Kamerstuk 2005-2006 KST100572
Kamerstuk 2005-2006 KST100336
Kamerstuk 2005-2006 KST100335
Agenda 2005-2006 OVG1342
Betreft invoeging van nieuw derde lid aan artikel 5:6, met de tekst 'De werknemer verricht in ieder geval op ten minste 4 zondagen in elke periode van 13 achtereenvolgende weken geen arbeid'.
Kamerstuk 2005-2006 KST100294Kamerstuk 2005-2006 KST100338
Vervanging in verband met wijziging van de ondertekening.
Kamerstuk 2005-2006 KST100340Kamerstuk 2005-2006 KST100293
Deze vereenvoudiging van de Arbeidstijdenwet zal onder andere zorgen voor administratieve lastenverlichting.
Kamerstuk 2005-2006 KST100292Indieners volgen het unanieme SER-advies over nachtarbeid, per 16 weken mogen niet meer dan 38 nachten worden gewerkt.
Kamerstuk 2005-2006 KST100236Kamerstuk 2005-2006 KST100257
Agenda 2005-2006 OVG1340
Kamerstuk 2005-2006 KST100003
Agenda 2005-2006 OVG1339
Kamerstuk 2005-2006 KST98464
Kamerstuk 2005-2006 KST98465
Kamerstuk 2005-2006 KST97727
de huidige systematiek van de dubbele normstelling van standaard- en overlegnormen wordt vervangen door een enkelvoudig normenstelsel: in de normen voor de maximale arbeidstijden wordt niet langer onderscheid wordt gemaakt tussen structurele arbeidstijd en arbeidstijd inclusief overwerk, en tevens wordt de regeling voor nachtarbeid en de pauze vereenvoudigd en geflexibiliseerd; - het aantal regels omtrent de arbeids- en rusttijden wordt beperkt (o.a. halvering van het aantal regels in het Arbeidstijdenbesluit).
Kamerstuk 2005-2006 KST96783de huidige systematiek van de dubbele normstelling van standaard- en overlegnormen wordt vervangen door een enkelvoudig normenstelsel: in de normen voor de maximale arbeidstijden wordt niet langer onderscheid wordt gemaakt tussen structurele arbeidstijd en arbeidstijd inclusief overwerk, en tevens wordt de regeling voor nachtarbeid en de pauze vereenvoudigd en geflexibiliseerd; - het aantal regels omtrent de arbeids- en rusttijden wordt beperkt (o.a. halvering van het aantal regels in het Arbeidstijdenbesluit).
Kamerstuk 2005-2006 KST96782Kamerstuk 2005-2006 KST96784
Kamerstuk 2005-2006 KST96781