Agenda 2006-2007 OVG1395
Agenda 2006-2007 OVG1390
Kamerstuk 2006-2007 KST105967
Kamerstuk 2006-2007 KST105968
Kamerstuk 2006-2007 KST103718
Met dit wetsvoorstel wordt richtlijn nr. 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 oktober 2005 betreffende het verhogen van de veiligheid van havens (PbEU L 310) geïmplementeerd in de Havenbeveiligingswet en wordt nader uitvoering gegeven aan verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PbEU L 129). Waar de verordening voor wat de landzijde betreft nog alleen is gericht op de veiligheid van havenfaciliteiten, is de richtlijn gericht op de veiligheid van de haven voor zover het betreft de werken en voorzieningen daarvan ten behoeve van het commercieel vervoer over zee. In het wetsvoorstel omvat de definitie van haven nu alle werken en voorzieningen ten behoeve van het commercieel vervoer over zee, zowel aan de zeezijde als aan de landzijde. Zowel aan de zeezijde als aan de landzijde zijn dat de anker- en ligplaatsen voor schepen, waar goederen kunnen worden overgeslagen of passagiers aan dan wel van boord kunnen gaan. Daarnaast wordt de mogelijkheid opgenomen om havengerelateerd gebied aan te wijzen. Er moet een havenveiligheidsbeoordeling en op basis daarvan een havenveiligheidsplan worden opgesteld. Daarnaast worden een autoriteit voor havenveiligheid, een havenveiligheidsfunctionaris en een erkende veiligheidsorganisatie aangewezen. Het toezicht en de handhaving worden op dezelfde wijze vorm gegeven als de regels die ter uitvoering van de verordening in de Havenbeveiligingswet zijn opgenomen.
Kamerstuk 2006-2007 KST103720Met dit wetsvoorstel wordt richtlijn nr. 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 26 oktober 2005 betreffende het verhogen van de veiligheid van havens (PbEU L 310) geïmplementeerd in de Havenbeveiligingswet en wordt nader uitvoering gegeven aan verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (PbEU L 129). Waar de verordening voor wat de landzijde betreft nog alleen is gericht op de veiligheid van havenfaciliteiten, is de richtlijn gericht op de veiligheid van de haven voor zover het betreft de werken en voorzieningen daarvan ten behoeve van het commercieel vervoer over zee. In het wetsvoorstel omvat de definitie van haven nu alle werken en voorzieningen ten behoeve van het commercieel vervoer over zee, zowel aan de zeezijde als aan de landzijde. Zowel aan de zeezijde als aan de landzijde zijn dat de anker- en ligplaatsen voor schepen, waar goederen kunnen worden overgeslagen of passagiers aan dan wel van boord kunnen gaan. Daarnaast wordt de mogelijkheid opgenomen om havengerelateerd gebied aan te wijzen. Er moet een havenveiligheidsbeoordeling en op basis daarvan een havenveiligheidsplan worden opgesteld. Daarnaast worden een autoriteit voor havenveiligheid, een havenveiligheidsfunctionaris en een erkende veiligheidsorganisatie aangewezen. Het toezicht en de handhaving worden op dezelfde wijze vorm gegeven als de regels die ter uitvoering van de verordening in de Havenbeveiligingswet zijn opgenomen.
Kamerstuk 2006-2007 KST103719Kamerstuk 2006-2007 KST103721