Handeling 1998-1999 HAN6723A04
Agenda 1998-1999 OVG505
Lokaal in Nederland aangeworven personeel; 8. Vrijwillige verzekering; 9. Vragen over de financiële effecten.
Kamerstuk 1998-1999 KST34428Handeling 1998-1999 HAN6683A07
Handeling 1998-1999 HAN6683A04
Kamerstuk 1998-1999 KST33965
Agenda 1998-1999 OVG468
De commissie is niet tevreden over de reacties van de staatssecretaris op de opmerkingen en vragen uit het voorlopig en nader voorlopig verslag.
Kamerstuk 1998-1999 KST33589vrijwillige verzekering.
Kamerstuk 1998-1999 KST33370Kamerstuk 1998-1999 KST33266
De uitspraak is bedoeld als bijlage bij het antwoord bij de memorie van antwoord inzake het wetsvoorstel te worden gelegd.
Kamerstuk 1998-1999 KST33162positie van de grensarbeiders.
Kamerstuk 1998-1999 KST32854Kamerstuk 1998-1999 KST32725
Agenda 1998-1999 OVG439
Kamerstuk 1998-1999 KST31881
Dit amendement voorziet er in dat de wet pas inwerking treedt als er duidelijkheid is over de gesloten handhavingsverdragen.
Kamerstuk 1998-1999 KST31878Indieners stellen voor de wet niet eerder in werking te laten treden dan zes maanden na publikatie in het Staatsblad.
Kamerstuk 1998-1999 KST31880Door middel van dit amendement wordt de Wajong (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten) op dezelfde wijze exporteerbaar als de WAZ (Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen). Indien dit amendement wordt aangenomen, wijzigt de citeertitel in Wet uitbreiding en beperking export verzekeringen.
Kamerstuk 1998-1999 KST31882Door middel van dit amendement wordt de Wajong (Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten) op dezelfde wijze exporteerbaar als de WAZ (Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen). Indien dit amendement wordt aangenomen, wijzigt de citeertitel in Wet uitbreiding en beperking export verzekeringen. Dit amendement is gewijzigd, zie kamerstuk 25757, nr. 18.
Kamerstuk 1998-1999 KST31877Kamerstuk 1998-1999 KST31879
Handeling 1998-1999 HAN6635A08
Kamerstuk 1998-1999 KST31837
De wijziging is onder andere bedoeld voor ontwikkelingswerkers.
Kamerstuk 1998-1999 KST31779Handeling 1998-1999 HAN6633A03
Kamerstuk 1998-1999 KST31759
Kamerstuk 1998-1999 KST31758
Handeling 1998-1999 HAN6632A05
Kamerstuk 1998-1999 KST31760
Kamerstuk 1998-1999 KST31688
Agenda 1998-1999 OVG423
Agenda 1998-1999 OVG405
Kamerstuk 1997-1998 KST30445
Er wordt gesproken over vergroting van de handhaafbaarheid van de sociale zekerheidsuitkeringen in het buitenland, het doel van het wetsvoorstel. Gewezen wordt onder meer op afstemming met bijvoorbeeld de belastingverdragen en complicaties ten gevolge van andersluidende wetgeving (of het ontbreken van registratie) ter plaatse.
Kamerstuk 1997-1998 KST30444Kamerstuk 1997-1998 KST27185
Kamerstuk 1997-1998 KST26163
Dit wetsvoorstel beoogt de handhaafbaarheid van uitkeringen buiten Nederland te verbeteren door over te stappen van het personaliteitsbeginsel naar het territorialiteitsbeginsel. Het personaliteitsbeginsel houdt in dat het recht op uitkering verbonden is aan de persoon van de (vroegere) verzekerde, ongeacht waar ter wereld de rechthebbende zich bevindt. Uitbetaling van uitkeringen buiten Nederland is thans uitsluitend mogelijk bij de werknemersverzekeringen (Ziektewet en WAO) en de volksverzekeringen (AAW, Algemene nabestaandenwet (ANW), AKW en AOW) alsmede op grond van de Toeslagenwet. Dit wetsvoorstel heeft dus slechts betrekking op deze twee typen regelingen, alsmede op de Toeslagenwet. Thans stoelt alleen de Werkloosheidswet op het territorialiteitsbeginsel. Bij het territorialiteitsbeginsel worden de uitkeringen slechts toegekend of uitbetaald voor zover de tot uitkering leidende feiten (bijv. woonplaats) zich voordoen op het eigen grondgebied en zolang de rechthebbende woonachtig is op dat grondgebied. Deze beperkingen kunnen slechts worden opgeheven in de betrekkingen met andere landen d.m.v. een verdrag op basis van wederkerigheid. Het exportverbod geldt ook voor mensen die in Nederland blijven wonen, maar langer dan drie maanden in het buitenland verblijven.
Kamerstuk 1997-1998 KST25716Dit wetsvoorstel beoogt de handhaafbaarheid van uitkeringen buiten Nederland te verbeteren door over te stappen van het personaliteitsbeginsel naar het territorialiteitsbeginsel. Het personaliteitsbeginsel houdt in dat het recht op uitkering verbonden is aan de persoon van de (vroegere) verzekerde, ongeacht waar ter wereld de rechthebbende zich bevindt. Uitbetaling van uitkeringen buiten Nederland is thans uitsluitend mogelijk bij de werknemersverzekeringen (Ziektewet en WAO) en de volksverzekeringen (AAW, Algemene nabestaandenwet (ANW), AKW en AOW) alsmede op grond van de Toeslagenwet. Dit wetsvoorstel heeft dus slechts betrekking op deze twee typen regelingen, alsmede op de Toeslagenwet. Thans stoelt alleen de Werkloosheidswet op het territorialiteitsbeginsel. Bij het territorialiteitsbeginsel worden de uitkeringen slechts toegekend of uitbetaald voor zover de tot uitkering leidende feiten (bijv. woonplaats) zich voordoen op het eigen grondgebied en zolang de rechthebbende woonachtig is op dat grondgebied. Deze beperkingen kunnen slechts worden opgeheven in de betrekkingen met andere landen d.m.v. een verdrag op basis van wederkerigheid. Het exportverbod geldt ook voor mensen die in Nederland blijven wonen, maar langer dan drie maanden in het buitenland verblijven.
Kamerstuk 1997-1998 KST25715Kamerstuk 1997-1998 KST25717