Laatste documenten binnen dossier 29316


14-06-2004

KST77090 Aanpassing van bijzondere wetten aan de Wet dualisering provinciebestuur (Wet dualisering provinciale medebewindsbevoegdheden); Tweede nota van wijziging

De wijzigingen hebben betrekking op de provinciale waterhuishoudingscommissies.

Kamerstuk 2003-2004 KST77090

01-12-2003

KST72314 Aanpassing van bijzondere wetten aan de Wet dualisering provinciebestuur (Wet dualisering provinciale medebewindsbevoegdheden); Memorie van toelichting

Op 12 maart 2003 is de Wet dualisering provinciebestuur in werking getreden. Kern van deze wet is de ontvlechting van provinciale staten en gedeputeerde staten, zowel in samenstelling, posities als bevoegdheden. De leden van provinciale staten krijgen de taak van vertegenwoordiging, kaderstelling en controle en de leden van gedeputeerde staten krijgen een bestuurlijke rol. Ten behoeve van een adequate vervulling van die functies zijn in de Wet dualisering provinciebestuur aan de leden van provinciale staten nieuwe bevoegdheden toegekend. Het onderhavige wetsvoorstel betreft in feite de tweede stap in het dualiseringsproces op provinciaal niveau: de bevoegdheidsverdeling in medebewindswetgeving wordt in overeenstemming gebracht met de uitgangspunten van de Wet dualisering provinciebestuur. Het is voor het welslagen van de dualiseringsoperatie op provinciaal niveau van groot belang dat ook de bevoegdheidsverdeling in de medebewindswetgeving op dualistische leest wordt geschoeid. Alle medebewindswetten waarin bestuursbevoegdheden aan provinciale staten of het provinciebestuur zijn geattribueerd zijn geanalyseerd. Daarbij stond de vraag centraal of de bestuursbevoegdheden, naar dualistische maatstaven gemeten, aan het juiste orgaan waren toegekend. Daar waar dat niet het geval was, vindt door middel van dit wetsvoorstel een aanpassing plaats. Meestal betreft het aan provinciale staten of het provinciebestuur toegekende bevoegdheden, die naar gedeputeerde staten worden overgeheveld.

Kamerstuk 2003-2004 KST72314

KST72312 Aanpassing van bijzondere wetten aan de Wet dualisering provinciebestuur (Wet dualisering provinciale medebewindsbevoegdheden); Voorstel van wet

Op 12 maart 2003 is de Wet dualisering provinciebestuur in werking getreden. Kern van deze wet is de ontvlechting van provinciale staten en gedeputeerde staten, zowel in samenstelling, posities als bevoegdheden. De leden van provinciale staten krijgen de taak van vertegenwoordiging, kaderstelling en controle en de leden van gedeputeerde staten krijgen een bestuurlijke rol. Ten behoeve van een adequate vervulling van die functies zijn in de Wet dualisering provinciebestuur aan de leden van provinciale staten nieuwe bevoegdheden toegekend. Het onderhavige wetsvoorstel betreft in feite de tweede stap in het dualiseringsproces op provinciaal niveau: de bevoegdheidsverdeling in medebewindswetgeving wordt in overeenstemming gebracht met de uitgangspunten van de Wet dualisering provinciebestuur. Het is voor het welslagen van de dualiseringsoperatie op provinciaal niveau van groot belang dat ook de bevoegdheidsverdeling in de medebewindswetgeving op dualistische leest wordt geschoeid. Alle medebewindswetten waarin bestuursbevoegdheden aan provinciale staten of het provinciebestuur zijn geattribueerd zijn geanalyseerd. Daarbij stond de vraag centraal of de bestuursbevoegdheden, naar dualistische maatstaven gemeten, aan het juiste orgaan waren toegekend. Daar waar dat niet het geval was, vindt door middel van dit wetsvoorstel een aanpassing plaats. Meestal betreft het aan provinciale staten of het provinciebestuur toegekende bevoegdheden, die naar gedeputeerde staten worden overgeheveld.

Kamerstuk 2003-2004 KST72312

KST72315 Aanpassing van bijzondere wetten aan de Wet dualisering provinciebestuur (Wet dualisering provinciale medebewindsbevoegdheden); Advies en nader rapport

Kamerstuk 2003-2004 KST72315