Agenda 2003-2004 OVG1140
Kamerstuk 2003-2004 KST75141
Kamerstuk 2003-2004 KST73874
Dit wetsvoorstel strekt ertoe de in de titel genoemde wetten af te stemmen op EG-verordening nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PbEG L 31). In die verordening is een open norm opgenomen over de onveiligheid van eet- en drinkwaren: levensmiddelen mogen niet in de handel worden genomen gebracht indien zij onveilig zijn. Nu deze norm ontleend wordt aan een verordening, die rechtstreekse werking heeft, dienen de op nationaal niveau gestelde open normen (art. 18, eerste lid, onderdelen a, b en d, Warenwet) te wijken voor de Europese norm. Wel is het mogelijk dat op nationaal niveau in aanvulling op de verordening regels worden gesteld ten aanzien van de veiligheid van levensmiddelen (bijv. een delegatiebepaling als die van art. 4, eerste lid, Warenwet). Tevens strekt dit wetsvoorstel ertoe een onvolkomenheid in de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 weg te nemen: in artikel 5, vierde lid, wordt ten onrechte nog verwezen naar richtlijn nr. 88/379/EEG (Pb L 187), terwijl die richtlijn inmiddels is vervangen door richtlijn nr. 1999/45/EG betreffende de onderlinge aanpassingen van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (PbEG L 200).
Kamerstuk 2003-2004 KST72342Dit wetsvoorstel strekt ertoe de in de titel genoemde wetten af te stemmen op EG-verordening nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PbEG L 31). In die verordening is een open norm opgenomen over de onveiligheid van eet- en drinkwaren: levensmiddelen mogen niet in de handel worden genomen gebracht indien zij onveilig zijn. Nu deze norm ontleend wordt aan een verordening, die rechtstreekse werking heeft, dienen de op nationaal niveau gestelde open normen (art. 18, eerste lid, onderdelen a, b en d, Warenwet) te wijken voor de Europese norm. Wel is het mogelijk dat op nationaal niveau in aanvulling op de verordening regels worden gesteld ten aanzien van de veiligheid van levensmiddelen (bijv. een delegatiebepaling als die van art. 4, eerste lid, Warenwet). Tevens strekt dit wetsvoorstel ertoe een onvolkomenheid in de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 weg te nemen: in artikel 5, vierde lid, wordt ten onrechte nog verwezen naar richtlijn nr. 88/379/EEG (Pb L 187), terwijl die richtlijn inmiddels is vervangen door richtlijn nr. 1999/45/EG betreffende de onderlinge aanpassingen van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten (PbEG L 200).
Kamerstuk 2003-2004 KST72340