Minister Peper (BZK) gaat in op een opmerking van de heer Stoffelen op 16 juni 1998 over wellicht onjuiste toepassing van het kenbaarheidsvereiste ex art. 12, tweede lid, van de Wet Nationale ombudsman.
Kamerstuk 1997-1998 KST30834Handeling 1997-1998 HAN6594A08
Kamerstuk 1997-1998 KST29703
Kamerstuk 1997-1998 KST29507
Kamerstuk 1997-1998 KST28431
Kamerstuk 1997-1998 KST27615
Handeling 1997-1998 HAN6545A7
In deze brief gaat staatssecretaris Kohnstamm (BiZa) in op een vraag van de heer Koekoek of het kabinet een principiƫle keuze heeft gemaakt om de instellingen van bijzonder onderwijs, privaatrechtelijke organisaties, onder de werking van de Wet Nationale ombudsman te brengen.
Kamerstuk 1997-1998 KST27454Indiener acht een uitzonderingsmogelijkheid voor deze bestuursorganen niet wenselijk.
Kamerstuk 1997-1998 KST27438Kamerstuk 1997-1998 KST27437
Kamerstuk 1997-1998 KST27436
Handeling 1997-1998 HAN6541A11
Kamerstuk 1997-1998 KST25808
De ministers Kok (AZ) en Sorgdrager (Jus) en staatssecretaris Kohnstamm (BiZa) gaan in op vragen en opmerkingen uit de Tweede Kamer over het wetsvoorstel. Aan de orde komen: aanwijzingssystematiek zelfstandige bestuursorganen, categoriale aanwijzing provincies en waterschappen, uitzonderingen, externe klachtvoorzieningen voor mede-overheden, en financiƫle aspecten.
Kamerstuk 1997-1998 KST25807Kamerstuk 1997-1998 KST24179
Kamerstuk 1996-1997 KST22895
Kamerstuk 1996-1997 KST22803
De Wet Nationale ombudsman (WNo) wordt op een aantal punten gewijzigd: 1. De bevoegdheidsomschrijving van de Nationale ombudsman: in plaats van het bij algemene maatregel van bestuur aanwijzen van bestuursorganen die onder de bevoegdheid van de Nationale ombudsman vallen, komt er een omgekeerd systeem van aanwijzing, namelijk dat in beginsel alle bestuursorganen onder de werking van de WNo vallen, maar dat deze in bijzondere omstandigheden bij amvb daarvan kunnen worden uitgezonderd. 2. Bevoegdheidsuitbreiding van de Nationale ombudsman ten aanzien van mede-overheden (gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen): bestuursorganen van deze mede-overheden kunnen zich vrijwillig aansluiten bij de klachtvoorziening die de WNo biedt. De bevoegdheidsuitbreiding zal extra klachten met zich meebrengen voor de Nationale ombudsman; om het klachtenaantal te beheersen zijn in artikel 1b van het wetsvoorstel enkele voorzieningen getroffen. 3. De ombudsman is niet verplicht een verzoekschrift in behandeling te nemen, indien deze betrekking heeft op een gedraging die reeds ingevolge een andere wettelijk geregelde klachtvoorziening bij een onafhankelijke klachtinstantie in behandeling is of daardoor is afgedaan (artikel 14, nieuw onderdeel f). 4. Het nieuwe onderdeel k van artikel 14 ontslaat de Nationale ombudsman tijdelijk van de verplichting een verzoekschrift te behandelen omtrent een bepaalde gedraging van een bestuursorgaan die nauw samenhangt met een onderwerp waaromtrent een procedure bij een rechterlijke instantie aanhangig is. 5. Tenslotte bevat het wetsvoorstel diverse technische aanpassingen.
Kamerstuk 1996-1997 KST22800Kamerstuk 1996-1997 KST22802
De Wet Nationale ombudsman (WNo) wordt op een aantal punten gewijzigd: 1. De bevoegdheidsomschrijving van de Nationale ombudsman: in plaats van het bij algemene maatregel van bestuur aanwijzen van bestuursorganen die onder de bevoegdheid van de Nationale ombudsman vallen, komt er een omgekeerd systeem van aanwijzing, namelijk dat in beginsel alle bestuursorganen onder de werking van de WNo vallen, maar dat deze in bijzondere omstandigheden bij amvb daarvan kunnen worden uitgezonderd. 2. Bevoegdheidsuitbreiding van de Nationale ombudsman ten aanzien van mede-overheden (gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen): bestuursorganen van deze mede-overheden kunnen zich vrijwillig aansluiten bij de klachtvoorziening die de WNo biedt. De bevoegdheidsuitbreiding zal extra klachten met zich meebrengen voor de Nationale ombudsman; om het klachtenaantal te beheersen zijn in artikel 1b van het wetsvoorstel enkele voorzieningen getroffen. 3. De ombudsman is niet verplicht een verzoekschrift in behandeling te nemen, indien deze betrekking heeft op een gedraging die reeds ingevolge een andere wettelijk geregelde klachtvoorziening bij een onafhankelijke klachtinstantie in behandeling is of daardoor is afgedaan (artikel 14, nieuw onderdeel f). 4. Het nieuwe onderdeel k van artikel 14 ontslaat de Nationale ombudsman tijdelijk van de verplichting een verzoekschrift te behandelen omtrent een bepaalde gedraging van een bestuursorgaan die nauw samenhangt met een onderwerp waaromtrent een procedure bij een rechterlijke instantie aanhangig is. 5. Tenslotte bevat het wetsvoorstel diverse technische aanpassingen.
Kamerstuk 1996-1997 KST22801