Laatste documenten binnen dossier 26116

HAN6745A03 Behandeling van de wetsvoorstellen: - Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen (26116); - en 18 andere wetsvoorstellen

OVG526 Agenda Eerste Kamer der Staten-Generaal

KST36075 Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen; Eindverslag

Het eindverslag bevat geen opmerkingen.

HAN6734A08 Behandeling van: het wetsvoorstel Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen (26116)

OVG514 Agenda Tweede Kamer der Staten-Generaal voor de vergaderingen van 15 juni tot en met 24 juni

OVG513 Agenda Tweede Kamer der Staten-generaal voor de vergaderingen van 8 juni tot en met 9 juni

OVG509 Agenda Tweede Kamer der Staten-Generaal voor de vergaderingen van 1 juni tot en met 9 juni

OVG506 Agenda Tweede Kamer der Staten-Generaal, voor de vergaderingen van 26 mei tot en met 9 juni

OVG501 Agenda Tweede Kamer der Staten-Generaal voor de vergaderingen van 18 mei tot en met 9 juni

OVG493 Agenda Tweede Kamer der Staten-Generaal voor de vergaderingen van 20 april tot en met 29 april

KST34283 Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen; Nota n.a.v. het verslag

KST31372 Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen; Verslag

KST30642 Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen; Memorie van toelichting

De Wet stimulering zeescheepvaart is op 1 januari 1994 in werking getreden. Doel was de concurrentiepositie van de zeescheepvaart onder Nederlandse vlag te versterken. Per 1 januari 1996 zijn echter de Wet op de inkomstenbelasting 1964, de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en de Wet belasting- en premiefaciliteit voor de zeevaart 1995 gewijzigd (zie Stb. 1995, 666), waardoor het mogelijk werd te kiezen voor een forfaitaire vaststelling van de fiscale winst uit zeescheepvaart aan de hand van de scheepstonnage en waarbij de vermindering van de door de reder af te dragen loonbelasting en sociale premies is verhoogd van 19% naar 38%. In de nieuwe Zeevaartbemanningswet (Stb. 1997, 757) is flexibilisering van de bedrijfsvoering ingevoerd. Deze maatregelen leiden tot een aanzienlijke reductie van de exploitatiekosten. Daardoor is de Wet stimulering zeescheepvaart feitelijk uitgewerkt. Voorgesteld wordt daarom de Wet stimulering zeescheepvaart in te trekken en een overgangsregeling te treffen voor een aantal specifieke situaties.

KST30641 Intrekking van de Wet stimulering zeescheepvaart alsmede, in verband daarmee, het treffen van enkele overgangsmaatregelen; Voorstel van wet

De Wet stimulering zeescheepvaart is op 1 januari 1994 in werking getreden. Doel was de concurrentiepositie van de zeescheepvaart onder Nederlandse vlag te versterken. Per 1 januari 1996 zijn echter de Wet op de inkomstenbelasting 1964, de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en de Wet belasting- en premiefaciliteit voor de zeevaart 1995 gewijzigd (zie Stb. 1995, 666), waardoor het mogelijk werd te kiezen voor een forfaitaire vaststelling van de fiscale winst uit zeescheepvaart aan de hand van de scheepstonnage en waarbij de vermindering van de door de reder af te dragen loonbelasting en sociale premies is verhoogd van 19% naar 38%. In de nieuwe Zeevaartbemanningswet (Stb. 1997, 757) is flexibilisering van de bedrijfsvoering ingevoerd. Deze maatregelen leiden tot een aanzienlijke reductie van de exploitatiekosten. Daardoor is de Wet stimulering zeescheepvaart feitelijk uitgewerkt. Voorgesteld wordt daarom de Wet stimulering zeescheepvaart in te trekken en een overgangsregeling te treffen voor een aantal specifieke situaties.